De energietransitie van onderop

26.06.2024 Anne Agterbos

De energietransitie van onderop
© Gemeente Meppel

"Hoe zou de wereld eruit zien als deze niet van bovenaf wordt georganiseerd? Of je nu burger, ambtenaar, minister of projectontwikkelaar bent: iedereen wil graag gehoord worden en bijdragen aan de samenleving. Daarom zijn lokale burgerinitiatieven een bron van inspiratie voor overheden die vastlopen."

Zo klinkt het boek ‘Een wereld van gemeenschappen’, waarin Teun Gautier en Floor Ziegler vertellen hoe de bottom-up beweging groeit. Het vertelt het verhaal van mensen die in de buurt een behoefte zien, en zelf aan de slag gaan. Ze werken aan de maatschappelijke opgaven waar overheden wel wat extra hulp bij kunnen gebruiken. 

Dat ziet ook Jeannet Bos, wethouder duurzaamheid bij de gemeente Meppel, waar verschillende burgerinitiatieven van de grond komen. “In de wijk Berggierslanden in Meppel woont een groep enthousiaste mensen, die in staat zijn andere mensen in de wijk te enthousiasmeren voor duurzame initiatieven. De wijk is duurzaam en energieneutraal gebouwd, maar per woning moeten er individuele keuzes worden gemaakt. Dat kan je als gemeente niet opleggen, want bij dwang komt weerstand”, vertelt Bos in een interview met Warmte365.  

De kracht van gemeenschap 
“Het is aan de bewoners om hun eigen pad te kiezen. Vanuit de gemeente hebben we een dienende rol naar de inwoners. Team duurzaamheid gaat de wijk in om mensen te motiveren en van informatie te voorzien, dat proberen we laagdrempelig en makkelijk aan te bieden”, vertelt Bos.  

Ondertussen gaat voor sommige mensen de energietransitie niet snel genoeg, zo schrijven Gautier en Ziegler: “Onderzoek doen, vergaderen en congressen houden, het is vaak een vorm van beleid maken die wel werkt voor de ambtenaar, maar onherkenbaar is voor de burger. Burgers ervaren dat er veel tijd verloren gaat aan strategieën, protocollen en programma’s, ze krijgen dan het gevoel dat er weinig gebeurt en gaan dan dus zelf aan de slag.” 

Ook Bos ziet de kracht van de gemeenschap: “Je hebt maar een klein clubje enthousiaste mensen nodig die in staat zijn de rest van de buurt mee te nemen in hun enthousiasme. In Berggierslanden staan nu deelauto’s, zijn er zonnepanelen en heeft men een warmteplan opgesteld. Doordat mensen elkaar kennen wordt er vertrouwen opgewekt en kan de gemeente op afstand meewerken.” 

Een goede samenwerking met de gemeente 
Dat er verschillende burgerinitiatieven lopen in de gemeente Meppel betekent niet dat de gemeente volledig haar handen van de projecten aftrekt, maar autonomie van burgers blijft een belangrijk thema. “Het is belangrijk dat mensen gemotiveerd blijven en daarvoor moet er ook resultaat zijn. Wij ondersteunen bijvoorbeeld bij het uitvoeren van locatieonderzoek. We geven de regie niet uit handen maar we doen het samen. Uiteindelijk is het aan de inwoner zelf welke keuzes ze maken”, aldus Bos.  

Het viel Ziegler op dat het voor veel mensen vanzelfsprekend is om van betekenis te zijn voor anderen. Dat ziet wethouder Bos ook: “De gemeente wil iets doen voor de gemeenschap, en dat willen inwoners ook. Het is een kwestie van het doel samen benoemen en kijken hoe je het samen gaat doen.” 

Intrinsieke motivatie  
In een interview met De Overheid van Nu vertellen Teun Gautier en Floor Ziegler hoe mensen van nature deel willen uitmaken van een gemeenschap, en hoe dit via burgerinitiatieven kan bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke opgaven, zoals de energietransitie. Ziegler noemt het "toveren met mensen." Volgens haar heeft verbinding niets te maken met politieke voorkeur: het draait om de wens om iets voor de buurt te betekenen. 

Gautier meent dat het succes van burgerinitiatieven deels te danken is aan de toegenomen welvaart. Steeds meer mensen hebben de tijd en financiële middelen om initiatieven op te zetten. Ook professionals gebruiken hun talenten en vaardigheden niet alleen op kantoor, maar ook in buurthuizen. Daarnaast voelen veel mensen dat er te weinig gebeurt en nemen ze daarom zelf het initiatief. “Elk burgerinitiatief moet je omarmen en serieus mee in gesprek gaan,” sluit Bos af. “Of het nu gaat om energietransitie of andere onderwerpen, je moet kijken naar wat er mogelijk is in een samenwerking.”