Energiearmoede in Nederland nog niet opgelost

04.09.2024 Gijs de Koning

Energiearmoede in Nederland nog niet opgelost
©Bodemenergie Nederland

Van begin januari 2024 tot eind maart heeft het Tijdelijk Noodfonds Energie financiële hulp geboden aan huishoudens in energie-armoede. Het aantal aanvragen, hoe deze zijn verdeeld over Nederland en de verstrekte middelen zijn terug te vinden op het Noodfonds Energiedashboard. Het gemiddelde uitgekeerde bedrag komt sterk overeen met de door TNO vooraf berekende energiearmoede in de regio.

Om in aanmerking te komen voor ondersteuning bij het betalen van de energierekening mocht een huishouden maximaal 200 procent van het bruto sociaal minimum verdienen. Dit komt neer op 3.200 euro voor een alleenstaande persoon en 4.480 euro voor een samenwonend huishouden.  De energierekening moest minimaal 8 tot 10 procent van het inkomen zijn, alles daarboven werd betaald door het Noodfonds.

Opvallende cijfers van het Energiedashboard
In totaal hebben 194.033 huishoudens een aanvraag gedaan. Hiervan hebben 110.937 huishoudens steun ontvangen. In totaal is er 66 miljoen euro uitgetrokken voor de steun en gemiddeld werd er 588 euro aan steun uitbetaald per huishouden. 

De meeste aanvragen kwamen uit Rotterdam. Daar werden 12.989 aanvragen gedaan. De wijk met het grootste aandeel aan aanvragen was de wijk Feijenoord in Rotterdam-Zuid. Hier werden 2.337 aanvragen gedaan.

Volgens berekeningen van TNO zou de energiearmoede het grootst zijn in de gemeente Pekela in het noordoosten van Nederland. Hier hebben 6,6 procent van de huishoudens een laag inkomen met een hoge energierekening. Volgens het Noodfonds Energiedashboard zijn hier ook relatief de meeste aanvragen gedaan voor steun in het betalen van de energierekening, namelijk 5,45 procent.

De gemeente Pekela is niet de enige gemeente waar men te kampen heeft met een relatief hoge energiearmoede. Van de tien gemeente met relatief de meeste aanvragen zijn er zes van in noordoost Nederland. Dit zijn de gemeente Midden-Groningen, Eemsdelta, Oldambt, Stadskanaal, Veendam en Pekela. Volgens de cijfers van TNO hebben de huishoudens in deze gemeente relatief niet alleen lage inkomens en dure energie maar zijn ook de huizen van lage energetische kwaliteit. Dit houdt in dat het energieverbruik hoger is dan het energieverbruik dan het gemiddelde energieverbruik van een woning met energielabel C. In 2024 keerde het noodfonds gemiddeld 700 euro uit aan de huishoudens in Pekela.

Het gemiddeld uitgekeerde bedrag was het hoogst in de gemeente Baarle-Nassau. Daar lagen de kosten voor energierekening dus relatief hoog in vergelijking met het inkomen van de huishoudens. Het noodfonds keerde gemiddeld 1.073 euro uit, over de drie maanden.

Oplossing voor de toekomst
Om huishoudens permanent uit energiearmoede te halen is het zaak dat huizen worden verduurzaamd. Een noodfonds biedt geen structurele oplossing voor dit probleem. Het bestuur van Stichting Tijdelijk Noodfonds Energie meldt dan ook dat er met betrokken partijen wordt gekeken naar mogelijkheden om de doelgroep structureel te ondersteunen.

De prijzen voor energie zijn niet gedaald sinds maart. Echter is het energieverbruik van een gemiddeld huishouden in de warmere maanden veel lager dan in de koude wintermaanden. Het noodfonds energie schrijft dan ook dat energiearmoede niet is weggenomen. Aankomende winter zullen er nog steeds gezinnen de afweging moeten maken in Nederland tussen warmte en het betalen van de rekeningen. Het is zaak dat er voor die tijd wordt verduurzaamd in de woning die dit het hardst nodig hebben om te voorkomen dat het Noodfonds Energie nogmaals in het leven moet worden geroepen voor financiële steun.

Maatregelen
Het Noodfond Energiedashboard is een hulpmiddel in het aanpakken van de energiearmoede voor gemeentes. Noodfonds Energiedashboard geeft inzichtelijk aan welke gemeenten en zelfs welke regio’s binnen gemeenten te kampen hebben met energie armoede. In het dashboard is eenvoudig te vergelijken hoeveel aanvragen er uit welke specifieke regio zijn gekomen. En door de combinatie te maken met de data van TNO over de relatief lage inkomens met hoge energierekening is eenvoudig te bepalen welke gemeentes en welke gebieden binnen gemeentes extra aandacht en geld nodig gaan hebben deze winter.

Gemeentes kunnen deze data dan ook goed gebruiken om financiële middelen, buiten het Noodfonds Energie, vanuit de federale overheid in te zetten om energiearmoede binnen de gemeente aan te pakken. Een voorbeeld hiervan is de specifieke uitkering (SPUK). De SPUK wordt uitgekeerd van het Rijk aan alle gemeentes in Nederland met als doel de energiearmoede nog voor aankomende winter te verlagen. De gemeentes mogen hierbij zelf bepalen hoe ze het geld inzetten. In 2022 keerde het Rijk 368,5 miljoen euro uit en in 2023 kwam hier nog eens 200 miljoen euro bij. De gemeentes hebben nog tot eind 2024 om dit geld in te zetten om energiearmoede in te perken.

Ook kunnen gemeentes nog tot 31 oktober een aanvraag doen voor subsidie voor het isoleren van slecht geïsoleerde koopwoningen middels de SPUK Lokale Aanpak Isolatie (SPUK LAI) . Hiervoor is een budget van 674,1 miljoen euro beschikbaar. De gemeentes mogen met deze subsidie projecten opzetten die woningeigenaren helpen met bijvoorbeeld het isoleren van de vloeren en muren en het plaatsten van goed geïsoleerde ramen en kozijnen. 80 procent van de woningen die deze subsidie ontvangt moet een WOZ-waarde hebben van minder dan 429.300 euro.

Met deze maatregelen hoopt de Rijksoverheid de energiearmoede de aankomende winter zo veel mogelijk te beperken en een blijvende oplossing te bieden voor de toekomst.