Halverwege 2024 is er in de Europese Unie voor het eerst meer elektriciteit opgewekt met hernieuwbare bronnen dan uit fossiele brandstoffen, dat meldt onderzoeksbureau Ember. 30 procent van de elektriciteit werd opgewekt uit wind en zon, tegenover 27 procent uit fossiele brandstoffen.

Ondanks een groeiende elektriciteitsvraag en herstelde stroomprijzen, groeit het aandeel hernieuwbare stroom in de elektriciteitsmix. De energievraag steeg met 0,7 procent, nadat de vraag twee jaar lang daalde. Dit werd makkelijk opgevangen door nieuw geïnstalleerde capaciteit aan wind- en zonne-energie.

Het gebruik van kolen daalde met 24 procent, dat van gas met 14 procent. De opwek van zonne-energie nam toe met 20 procent en wind met 9,5 procent. Bijna de helft van de EU-lidstaten haalde meer elektriciteit uit wind en zon, dan uit fossiele bronnen in de eerste helft van 2024. Ook in Nederland werd dit record voor het eerst behaald.

Naar verwachting is een permanent omslagpunt bereikt. Desondanks benoemt het rapport dat er, om de energietransitie in de EU op dit tempo voort te zetten, beleidsmaatregelen genomen moeten worden die barrières wegnemen voor wind- en zonne-energie.